De Kunstmeisjes 15 maart 2018

GO | NO GO #102: Roddel en achterklap in het Rijksmuseum

Gaan of niet gaan: dat bepaal je zelf. Wij geven je – met een kritische blik – tips voor tentoonstellingen. Deze keer zijn we in het Rijksmuseum voor de tentoonstelling ‘High Society’.

Het was de diepste wens van Markiezin Luisa Casati (1881-1957) om ‘een levend kunstwerk’ te zijn en ze werd door een van haar vele beroemde minnaars ‘de vernietigster van de middelmatigheid’ genoemd. Ze was extravagant, to say the least. Zo hield ze zich aan een strikt dieet van opium en gin en liet ze regelmatig haar twee cheeta’s uit, zelf gekleed in niets meer dan een bontjas. Je herkent haar meteen zodra je de laatste zaal van de expositie binnen loopt: grote groene ogen die omlijnd zijn met een dikke laag kohl, rood geverfd haar en een jurk die doet denken aan het slangenhaar van Medusa. Een stukje rechts van haar kijkt Dr. Pozzi (1846-1918) zwoel door zijn wimpers over onze schouder. Zijn bijnaam: Dr. Love. Hij was namelijk de grondlegger van de gynaecologie en heeft ongetwijfeld vele knietjes doen knikken (waaronder de onze, we zullen niet liegen). Soms van extase, soms van woede; Dr. Love kwam uiteindelijk om het leven doordat hij werd doodgeschoten door een mannelijke patiënt die door hem impotent was verklaard. Als er een ding is dat je leert van ‘High Society’, is dat er achter elk statig portret wel een sappig verhaal schuilgaat.

Links: Giovanni Boldini, ‘Marchesa Luisa Casati met een Windhond’, 1908. Particuliere collectie | Rechts: John Singer Sargent, ‘Dr Pozzi in zijn huis’, 1881. The Armand Hammer Collection, Gift of the Armand Hammer Foundation. Hammer Museum, Los Angeles, beide: via Rijksmuseum, Amsterdam.

‘High Society’ is de allereerste tentoonstelling gewijd aan een type schilderij: het portret ‘ten voeten uit’, dus in volle lengte en levensgroot. Het was het duurste en meest glamoureuze soort portret en daarom groot favoriet onder de rich and famous sinds de zestiende eeuw. Aanleiding voor de expositie is een stel ‘ten voeten uit’-portretten dat bijna beroemder is geworden dan de maker: Marten en Oopjen van Rembrandt. Dit duo is vorig jaar gezamenlijk aangekocht door de Nederlandse en Franse staat en voortaan altijd samen te zien. De schilderijen hangen (helemaal gerestaureerd en zo mooi glinsterend dat je ogen er pijn van doen) nu als pronkstuk halverwege de expositie. En geloof ons, ze hangen in uitstekend gezelschap.

Je wordt in deze expositie langs een parade van grote namen geleid, 39 enorme schilderijen om precies te zijn. En niet alleen de geportretteerden waren famous, ook de namen van de schilders doen vast een belletje bij je rinkelen: Edouard Manet, Edvard Munch, Sir Joshua Reynolds, John Singer Sargent, Lucas Cranach, Kees van Dongen en natuurlijk Rembrandt, to name a few. We zijn enorm aan het fangirlen en pakten na de eerste twee zalen al onze agenda’s om een vervolgbezoek te plannen. Maar, een kleine kanttekening: met kunstwerken van zo’n groot formaat valt elk detail des te meer op. Zo sprongen een aantal ehmm.. aparte zaken bij ons in het oog. Ten eerste: waarom hebben een aantal mannen een soort textiele peniskokers om? Ten tweede: waarom, in vredesnaam, heeft Anna van Oostenrijk (door Hans Mielich) een mol of marter als een soort ketting slash clutch vast? We staren ons tevergeefs blind op het bijbehorende tekstbordje. Gelukkig is de allerbelangrijkste vraag – waarom heeft Kapitein Thomas Lee (door Marcus Gheeraerts II) geen broek aan?! – wel beantwoord: Kapitein Lee diende in het Britse leger, dat vocht tegen de Ieren. De blote benen zijn een weergave van een Ierse voetsoldaat, die blootbeens door het veen rende. Zo vermomde Kapitein Lee zich als de vijand en kon hij infiltreren en van binnenuit toeslaan. Vreemd verhaal, fantastisch schilderij. Wij zijn helemaal verzadigd.

Links: Detail van Jakob Seisenenegger, ‘Keizer Karel V (met zijn Engelse waterhond), 1532. Wenen, Kunsthistorisches Museum, Gemäldegalerie. | Rechts: Detail van Hans Mielich, ‘Aartshertogin Anna’, 1556, Wenen, Kunsthistorisches Museum, Gemäldegalerie.

Denk maar niet dat je na 39 schilderijen naar huis wordt gestuurd, we hebben het hier wel over het Rijksmuseum. Aan de overkant van de Philips-vleugel krijg je er gewoon een tweede volwaardige expositie van tekeningen en prenten bij. We know, we know, een hele tentoonstelling van prenten en tekeningen klinkt een beetje saai. Maar niet met deze prenten. Wat je hier ziet is namelijk wat de high society achter gesloten deuren uitspookte. Jawel, prentenporno. Een hele tentoonstelling vol schunnige, vunzige, expliciete en grappige plaatjes van billenkoek, seksuele standjes en spottende verbeeldingen van bekende historische figuren. Dat alles badend in fluoriserend roze licht, oeh la la.

Het Rijksmuseum heeft alle foefjes en trucjes uit de kast gehaald voor deze expositie. Zo is er een ‘High Society’-editie van Harper’s Bazaar én een speciale bijlage gemaakt voor de Privé. Als kers op de taart verschijnt er wekelijks een nieuwe aflevering van ‘Meet the High Society’ op de website van het Rijksmuseum. De makers van Koefnoen zijn in het historische harnas gehesen om de figuren op de schilderijen tot leven te brengen door middel van komische sketches. We geven toe: er zitten een aantal geniale grappen tussen. Rembrandts Oopjen die tegen Reynolds’ Jane Fleming roept “Ik herken je bijna niet zonder lijst”, heeft ons doen proesten van het lachen. Maar de grap is er helaas wel snel vanaf en wij blijven niet speciaal thuis voor aflevering twee.

Zelf bezoeken?

Hoe lang doe je er over?
Neem een uurtje of twee de tijd – er is veel te zien.
Expert level
Beginners | Gevorderden | Crazy pro
Meer weten

Vind je het ook zo jammer dat je maar zelden ‘s avonds naar het museum kunt? Het Rijksmuseum komt je tegemoet, met drie speciale avondopenstellingenwaarbij je onder het genot van een drankje (en dansje!) door kenners door de tentoonstelling wordt meegenomen. Elke avond (6 april, 13 april en 18 mei) heeft een eigen thema. Wees er wel snel bij, 13 april is nu al uitverkocht!

De tentoonstelling ‘High Society’ is tot en met 3 juni 2018 te zien in het Rijksmuseum Amsterdam.

Meer informatie