Het begon allemaal met een love story op de Kunstakademie Düsseldorf: Hilla en Bernd Becher ontmoetten elkaar in het eerste jaar van hun studie in 1957 en bleken een liefde voor industriële architectuur te delen. Ze besloten als duo te werken en daar bloeide niet alleen een wereldberoemd oeuvre van seriematig gefotografeerde liftschachten, hoogovens en watertorens uit op, maar ook liefde voor elkaar. In de jaren 70 maakten ze letterlijk school, want in 1976 zette Bernd op diezelfde plek waar ze elkaar ontmoet hadden de fotografie-afdeling op. Hilla is nooit officieel professor geweest; zij ontving de studenten thuis. In de Bechers eerste klas zaten jonge studenten als Andreas Gursky, Candida Höfer, Axel Hütte, Tata Ronkholz, Thomas Ruff en Thomas Struth. Ook deze broekies werden groot: het werk van al deze inmiddels beroemde kunstenaars wordt verkocht voor legendarische prijzen. Er volgden er meer: Jörg Sasse, Boris Becker (geen alter ego van de tennisser), Simone Nieweg, Claudia Fährenkemper, Elger Esser, Christof Klute, Laurenz Berges en Frank Breuer. De derde generatie fotografen leerde het vak, de kunstopvattingen en wellicht de levensfilosofieën van Gursky en/of Ruff en bestaat uit Louisa Clement, Martine Sauter en Anna Vogel.
Deze “familie” van fotografen heeft inmiddels mythische proporties aangenomen en de ‘Becher-Schüler’ (‘leerlingen van de Bechers’ in het Duits, jawohl) zijn niet meer weg te denken uit de canon. Het werk van al deze fotografen is nu in één tentoonstelling te zien. Wil je dus een crash course in één van de meest toonaangevende fotografietradities van de afgelopen 60 jaar, dan moet je bij Huis Marseille zijn. Vergeet de tijd en dompel je onder in een joekel van een overzichtstentoonstelling van drie generaties Düsseldorfse sterfotografen.