Ananda Hegeman 26 februari 2019

GO | NO GO #161: Een rondje Rembrandt – Een vriendschapsverzoek voor Rembrandt

Gaan of niet gaan: dat bepaal je zelf. Wij geven je – met een kritische blik – tips voor tentoonstellingen. Dit jaar knallen we er een speciale serie in: ‘Een rondje Rembrandt’, ter gelegenheid van het nationale themajaar ‘Rembrandt en de Gouden Eeuw’. In 2019 is het namelijk precies 350 jaar geleden dat Rembrandt is overleden. Door het hele land vinden er bijzondere Rembrandt-themed exposities plaats en wij gaan ze stuk voor stuk af. Vandaag zijn we bij Rembrandt thuis, in Museum Het Rembrandthuis voor de tentoonstelling Rembrandt’s Social Network.

Als we aan onze vrienden denken, denken we vooral aan de mensen die er altijd voor ons zijn. Vrienden die je vertrouwt, waarmee je huilt en waarmee je lacht. Je gaat met ze naar de club, musea of de film, en als je vriendje je heeft gedumpt (of jij hem) staan ze binnen no time met een bak ijs en lieve woorden voor de deur. In Rembrandts tijd was dat niet anders, hoewel er toen geen film was en Rembrandt al helemaal geen Ben & Jerry’s had (wat een gemiste kans: een Rembrandt-stilleven van cookie dough-ijs was geweldig geweest). Maar vrienden had hij wel. Hoewel je het bijna niet zou verwachten van zo’n workaholic als Rembrandt, kunnen we pak ‘m beet 30 goede kennissen en vrienden in zijn netwerk tellen.

Tentoonstelling ‘Rembrandt’s Social Network’ in Museum Het Rembrandthuis, Amsterdam. Foto: Mike Bink.

In Rembrandts tijd werd het begrip ‘vriendschap’ wat ruimer opgevat dan nu: je familie (‘bloedvrienden’), zakenrelaties en collega’s werden ook je ‘vrienden’ genoemd. Ook was goede vriendschap soms een kwestie van leven of dood (dramatisch, maar waar): voor leningen, baantjes, zorg of andere hulp kon je  namelijk alleen bij je familie vrienden aankloppen. Rembrandt had wel één voorwaarde, wilde je vrienden met hem worden: je moest iets met kunst hebben. Blijkbaar had de beste man maar één goed gespreksonderwerp paraat. Enfin, wie waren dan die vrienden? Als je wel eens door onze hoofdstad fietst, zul je in ieder geval de namen van Constantijn Huygens en Jan Lievens herkennen. Maar ook Jan Six I – bekend door zijn levende nazaat die nu beroemd is van teevee – was een van Rembrandts besties. We ontmoeten ze in de Facebook-blauwe tentoonstellingszalen van Museum Het Rembrandthuis, die ons het gevoel geven alsof we door Rembrandts eigen social feed scrollen.

Rembrandts vrienden zijn in de deze expositie onderverdeeld in vijf categorieën: jeugdvrienden, bloedvrienden (die naam, ewl), kunstkenners, kunstenaarsvrienden en vrienden in nood. Lekker overzichtelijk, net zoals Facebook dat tegenwoordig ook graag heeft. De expositie toont een scala aan kunstwerken: schilderijen, etsen, een aantal tekeningen, notitieboeken, zelfs een brief. Maar het museum windt er geen doekjes om en schreeuwt van alle daken – en op talloze posters in de stad – dat het hoogtepunt van de expositie Rembrandts portret van zijn zoon Titus uit circa 1660 is. Titus lijkt het allemaal niet zoveel te schelen: hij ziet erg erg ontspannen uit, alsof hij net het atelier van zijn vader is ingelopen voor een babbeltje en zijn vader hem even snel on the spotheeft geschilderd. Titus glimlacht, hij kent z’n vaders schilder-obsessie inmiddels vast goed. We zijn vooral bekend met afbeeldingen van Titus als kind, dus het is verrassend om hier een vriendelijke en charmante man van negentien jaar (weliswaar met enorme wallen onder zijn ogen) te zien,  die met zijn elleboog nonchalant op de armleuning leunt, zijn kin in de hand.

Links: Rembrandt, ‘Portret van Titus’, ca. 1660, Baltimore Museum of Art (The Mary Frick Jacobs Collection) | Rechts: Atelier van Rembrandt (mogelijk Abraham van Dijck), ‘Portret van Saskia’, ca. 1652-1654, Koninklijk Museum voor Schone Kunsten, Antwerpen, beide: via Museum Het Rembrandthuis.

Rembrandts manier van schilderen is hier net zo losjes als de houding van zijn zoon: de schaduw op Titus’ voorhoofd is zelfs weergegeven door de onderlaag gewoon bloot te laten. Ook is Titus’ duim is halverwege verlaagd, maar is de oude nooit weggepoetst, waardoor Titus nu als het ware twee duimen aan zijn rechterhand heeft. Kunst ‘om te lachen’, ook dat is Rembrandt. De kunstenaar had echter wel beter z’n best kunnen doen op de weergave van de jeugdigheid van zijn zoon: de jongeman lijkt bijna dertig, een typisch gevalletje zeventiende-eeuws catfishen. Voor het portret van zijn vrouw Saskia deed Rembrandt wel zijn uiterste best: Saskia is jaloersmakend fashionable afgebeeld in prachtige kleding met rood fluweel, bont en een spectaculaire hoed. Rembrandt werkte er bijna tien jaar aan, vanaf hun verloving tot aan haar dood in 1642. Dertien jaar later verkocht hij het wegens geldnood aan kunstverzamelaar Jan Six I. Maar hij kon niet helemaal afstand doen van zijn grote liefde en liet een leerling een kopie maken van het werk. Deze kopie hield hij altijd bij zich en is te zien in de expositie (de versie van Rembrandt zelf hangt nu in het Fries Museum). Het is vooral het verhaal achter dit schilderij dat ons ontroert: het maakt duidelijk dat Rembrandt dan wel een echte zakenman was, maar als het om Saskia ging, was hij eigenlijk ook gewoon een grote softie.

Tentoonstelling ‘Rembrandt’s Social Network’ in Museum Het Rembrandthuis, Amsterdam. Foto: Mike Bink.

Nog meer kunst ‘om te lachen’: de notitieboeken van kunstverzamelaar Jan Six I die in de benedenzaal te zien zijn. In totaal heeft Six drie van deze boeken bijgehouden, die hij Pandora’s noemde. De naam lijkt een directe verwijzing te zijn naar het mythologische vat van Pandora en we wachten dus vol spanning op de juicy details die in deze notitieboeken staan. Had Jan stiekem een affaire met Hendrickje? Of misschien een wel erg intieme bromance met Rembrandt? Helaas niets van dat. De Kleine Pandora is een soort vriendenboekje met onder andere twee tekeningen van zijn vriend Rembrandt, en de Grote Pandora was een notitieboek waarin hij filosofische wijsheden en weetjes verzamelde als een soort zeventiende-eeuws bullet journal. Het derde boek, Pandora en Vroedschap, leest gelukkig wel echt als een quotable Instagram-pagina met herkenbare uitspraken over vriendschap. ‘De vrientschap die men bij de wijn maakt, pist men weer tegen de muur uit’ is vooral erg treffend. Hoe vaak zijn we niet besties geworden met de meisjes in de rij voor het toilet in de club? Levensadviezen worden gegeven, make-uptips worden uitgewisseld en er wordt gehuild om exen. De volgende dag kun je je hun namen niet herinneren en zou je ze niet herkennen al struikelde je over ze heen tijdens je brakke brunch. Kortom, deze vriendschappen zijn niks waard en Six had dit blijkbaar in de zeventiende eeuw al door. Gratis levensadvies in het Rembrandthuis: check. Daar komen wij nog wel een keertje voor terug.

Zelf bezoeken?

Hoe lang doe je er over?
45 minuten, vooral als je Rembrandts verschrikkelijke handschrift in zijn brief aan Constantijn Huygens wilt ontcijferen.
Expert level
Beginners | Gevorderden | Crazy pro
Meer weten

Nu je alles weet over Rembrandt als netwerker, ben je misschien nieuwsgierig geworden naar hoe hij dan te werk ging. Goed nieuws: in Museum Het Rembrandthuis zijn ook dagelijks etsen- en verfdemonstraties bij te wonen. Hier kom je van alles te weten over hoe de meester zijn etsen drukte en zijn verf maakte, in de kamers waar hij dit ruim 350 jaar geleden ook daadwerkelijk deed. De demonstraties worden dagelijks doorlopend gegeven en zijn helemaal gratis.

De tentoonstelling ‘Rembrandt’s Social Network. Familie, vrienden en relaties’ is nog t/m 19 mei 2019 te zien in Museum Het Rembrandthuis.

Meer informatie