Charlotte Hercules 19 juni 2020

GO | NO GO #244: Waan je in Wenen

Gaan of niet gaan: dat bepaal je zelf. Wij geven je – met een kritische blik – tips voor tentoonstellingen. Deze keer bezochten wij Het Noordbrabants Museum voor de tentoonstelling ‘Meesterwerken uit Wenen’.

Wist je dat er heel veel Nederlandse meesterwerken in het buitenland zitten? Nederlandse musea hebben namelijk écht niet alle topstukken die op Hollandse bodem zijn gemaakt in huis. Wie bijvoorbeeld scrolt door deze lijst van de werken van Rembrandt, ziet dat er maar een klein deel in Nederland is gebleven. Een topcollectie van Hollandse meesters vind je onder andere in de Gemäldegalerie der Akademie der bildende Künste Wien. Nu er voorlopig geen stedentrip naar de stad van klassieke muziek en Klimt inzit, bezoeken we maar al te graag de tentoonstelling Meesterwerken uit Wenen in het Noordbrabants Museum. In deze expo kun je namelijk door het Weense museum lopen, gewoon in Nederland. 

Belangrijk voor de collectie van de Akademie was Anton graaf Lamberg-Sprinzenstein ― let’s call him Anton. Hij was een fervent verzamelaar van voornamelijk Hollandse meesters (denk namen als Rembrandt, Rubens, Van Dyck) en liet in 1822 zijn hele collectie van circa 800 schilderijen na aan de Weense kunstacademie. De studenten van de academie konden zo oefenen met de oude meesters voor hun neus. Maar Anton had wel zo zijn voorwaarden: de collectie moést publiekelijk toegankelijk zijn, anders zou hij zijn schilderijen niet schenken. Lucky us. Hierdoor ontstond namelijk de Gemäldegalerie der Akademie der bildende Künste Wien: een universiteitsmuseum met een waanzinnige collectie. Niet alleen de studenten konden nu de werken bestuderen, maar ook de minder artistiek-getalenteerde mensen (slowly raising a hand over here) kregen nu de kans om de collectie te bezoeken. Niet álle 800 werken van Anton zijn nu in het Noordbrabants Museum te zien (daarvoor moet je echt een keer naar Wenen), maar je kunt in Den Bosch alsnog lekker flaneren langs een knappe selectie van 50 schilderijen en 20 tekeningen.

Peter Paul Rubens, 'Bacchanaal met de dronken Silenus', ca. 1611-1615, Gemäldegalerie der Akademie der bildenden Künste, Wenen

Om de tentoonstelling binnen te stappen, passeer je eerst de zuilen van de Weense kunstacademie deze zijn op groot formaat in karton nagebootst. Wij zijn niet de moeilijkste: met een beetje fantasie wanen we ons in de stad van Prinses Sissi en de opera. We worden meteen begroet door een portret van de man du jour: Anton. Als ware opzichter houdt hij een oogje in het zeil op zijn collectie. We durven amper het oogcontact te verbreken met deze autoritaire figuur, maar onze blik wordt genadeloos opgeëist door een enorm doek iets verder in de expositie: Het Bacchanaal met de dronken Silenus van Rubens uit 1611. Een bacchanaal is een uitbundig feest dat werd gevierd ter ere van Bacchus, de Romeinse god van de wijn ja, voor alle belangrijke dingen in het leven was wel een god. Een bacchanaal wordt ook wel een ‘woest drinkgelag’ of ‘losbandige drinkpartij’ genoemd. (Ik stel voor dat we toekomstige vrijmibo’s weer zo gaan noemen). De figuren op het schilderij zijn van Rubens, terwijl de gouden en zilveren schalen met hun prachtige stofuitdrukkingen zijn geschilderd door David Rijckaert II. Op het schilderij zien we Silenus, bff van Bacchus. Hij ligt naakt, maar bovenal dronken, onderuitgezakt en kijkt ons als toeschouwer met één oog open aan. (Truth be told: ook ik heb wel eens in een dergelijke positie gelegen in de afgelopen weken van quarantaine.) Over  de dronken Silenus hangt een vrouw die druiven uitknijpt en het sap in wijn verandert nog voor het Silenus’ mond bereikt (doe mij ook maar zo’n vriendin). De bokkenpoten en hoornen op zijn hoofd maken het meteen duidelijk: Silenus is een satyr, een soort boswezen slash halfgod die bij de kliek van Bacchus hoorde. Bovendien staan satyrs bekend om hun voorliefde voor wijn, het verleiden van nimfen en wellust. Naast dat het schilderij ons toont hoe top het is om dronken te zijn, is het tegelijkertijd ook een stilleven, vol met prachtige voorwerpen van goud en glas. En natuurlijk konden enkele voluptueuze figuren waar we Rubens van kennen niet ontbreken. Na dit ene kunstwerk voelen wij ons al beneveld, in a good way. Wie heeft er horeca nodig als je ook naar het museum kan?

Rembrandt van Rijn, 'Portret van een jonge vrouw', 1632, Gemäldegalerie der Akademie der bildenden Künste, Wenen
Jan Weenix, 'De Witte Pauw', 1693, , Gemäldegalerie der Akademie der bildenden Künste, Wenen
Rembrandt van Rijn, 'Portret van een jonge vrouw', 1632, Gemäldegalerie der Akademie der bildenden Künste, Wenen
Jan Weenix, 'De Witte Pauw', 1693, , Gemäldegalerie der Akademie der bildenden Künste, Wenen

De collectie van Anton heeft zo zijn issues. Als sinds de beginjaren van de Akademie was het een uitdaging om zowel de museale taak als het kunstonderwijs samen te laten gaan. In eerste instantie was de collectie slechts één keer per week te bezichtigen voor buitenstaanders. Goed, dat was dan opgelost. Maar vervolgens was er ook nog een hoop kritiek op de manier waarop de kunstwerken werden gepresenteerd: onsamenhangend en oninteressant. De kunst hing vaak op chronologische volgorde van de inventarisnummers aan de wanden zonder enige inhoudelijke verbanden. Het groeperen van de schilderijen en tekeningen per school en periode werd pas in de eerste helft van de 20ste eeuw gedaan. Deze indeling is ook doorgevoerd in de tentoonstelling: de kunstwerken zijn ingedeeld in onder andere ‘stillevens’ en ‘Italië’. Toch lijken ook deze categorieën inspiratieloos gekozen en ontdekken wij geen rode draad in de tentoonstelling behalve dat de werken uit dezelfde collectie komen is er geen verhaal. Hierdoor liepen we enigszins lamlendig door de tentoonstelling. Gelukkig waren we nog lekker lazarus van het bacchanaal en staat het museum midden in Den Bosch: een Bossche bol als troost smaakt uitstekend.

Zelf bezoeken?

Hoe lang doe je er over?
45 minuten
Expert level
Beginners | Gevorderden | Crazy pro
Meer weten

Het Noordbrabants Museum is gelukkig weer geopend, maar vergeet niet van te voren een ticket online te boeken. Toch liever een afstand op bezoek? Ook dat kan! Via deze link word je rondgeleid door Lucas de Man. Enne, mocht je nog op zoek zijn naar het ultieme recept voor een Bossche bol, volg deze van niemand minder dan Robèrt van Beckhoven. Ook lekker voor bij de volgende vrijmibo of ‘woest drinkgelag’.

De tentoonstelling ‘Meesterwerken uit Wenen’ is nog t/m 6 september 2020 te zien in Het Noordbrabants Museum.

Meer informatie