Sofie Huvaere 15 november 2022

GO | NO GO #335: Joan Miró: van Altamira tot heden

Gaan of niet gaan: dat bepaal je zelf. Wij geven je – met een kritische blik – tips voor tentoonstellingen. Deze keer was onze redacteur Sofie Huvaere in BAM Mons voor de tentoonstelling ‘Joan Miró: de essentie van voorbije en aanwezige dingen’.

‘Hoe voelt het om iets moois en kostbaars voor je ogen verwoest te zien worden?’ Met die woorden kleefden twee klimaatactivisten zich vast aan Vermeers Meisje met de parel in het Mauritshuis in Den Haag. Eerder al gooiden Just Stop Oil-plaktivisten een blik tomatensoep over Van Goghs Zonnebloemen in de National Gallery in Londen. Wat ben ik blij dat baldadige klimaatrebellen kunst zien als mooi en kostbaar. Net als onze planeet. We moeten er zorg voor dragen. Daarom plaatsen musea uitzonderlijke werken achter glas, loopt het er vol met zaalwachters, hoor je een vervelende pieptoon als je te dichtbij komt en mag je een kunstwerk Vooral. Niet. Aanraken.

Zaalopname, Joan Miró: de essentie van voorbije en aanwezige dingen’, BAM Mons

Maar wat als de kunstenaar zèlf aan het verwoesten slaat? De Spanjaard Joan Miró (1893-1983) maakte zijn serie Verbrande Doeken in de vroege jaren zeventig tijdens het late Franco-regime, toen opsluiting, marteling en executies aan de orde van de dag waren. Miró, die op het hoogtepunt van zijn artistieke roem was, stelde met deze serie zichzelf en de kunstwereld in vraag. De kunstenaar zei zelfs dat hij de ‘schilderkunst’ wilde ‘vermoorden’. Hij verbrandde, verscheurde en besmeurde zijn doeken. Deze serie en bijna honderd andere werken van Miró zijn nu te zien in BAM, Mons, in zijn eerste grote tentoonstelling in België ooit. 

Zaalopname, Joan Miró: de essentie van voorbije en aanwezige dingen’, BAM Mons

In de zaal ‘De moord op de schilderkunst’ hangen twee verbrande doeken (waarvan één achter glas) naast het minuscule werk (19 x 27 cm.) Sans Titre (Peinture) uit 1973. In tegenstelling tot de woede en het geweld dat de twee verbrande doeken uitstralen is Sans Titre (Peinture) verfijnd. Een snoepje van een schilderij. Het lijkt haast een experiment: de kunstenaar scheurde een strookje uit het doek en bevestigde dit aan de bovenkant met een duimspijker. Als een soort luik naar een andere ruimte. Die opening en verschillende andere scheurtjes en perforaties doorprikken het tweedimensionale schilderij. In het midden van het kleine canvas bracht Miró drie vingerbrede likjes verf aan. Eén veeg voor elke primaire kleur: rood, geel en blauw. Met de secundaire (en dus gemengde) kleuren paars en groen was hij nog spaarzamer. Die twee kleine vlekjes zijn ondergeschikt aan een grote, grillige vlek die bijna de helft van het kleine doek beslaat. Alsof je een volle kop koffie op een wit tafellaken hebt gemorst. Sans Titre (Peinture) is pure liefde voor het vak. Een klein scheurtje hier, een likje verf daar. Alles weloverwogen en in balans. De moord gebeurt blijkbaar op twee manieren: je kan de schilderkunst aanvallen met vuur of je kan als kunstenaar de schilderkunst overstijgen met nieuwe technieken, vormen en stijlen.

Joan Miró, 'La Fornarina', 1929
Joan Miró, 'Trois femmes', 1960, Fundació Joan Miró, Barcelona
Joan Miró, 'La Fornarina', 1929
Joan Miró, 'Trois femmes', 1960, Fundació Joan Miró, Barcelona

Uit de tentoongestelde werken blijkt ook een grote affiniteit met de oude kunsten. Miró’s fascinatie voor de prehistorische grotschilderingen in Spanje (Altamira) is meermaals te zien. Zo maakte hij de achtergrond van Drie Vrouwen (1960) met houtskool vuil grijs als een rotswand. Hier en daar schemeren enkele vage, gekleurde vlakken doorheen het grijs, alsof een wolkje pigment toevallig net daar tot stilstand kwam. Drie stokachtige figuren stellen vrouwen voor. Een klein, oranje figuurtje op de achtergrond zou zomaar even een hert of bizon kunnen zijn. Uitgekiende digitale projecties tonen hoe de kunstenaar zich telkens weer liet inspireren door de kunstgeschiedenis. Toegegeven, als gedreven liefhebber van figuratieve kunst is het even slikken om te zien hoe Mirò La Fornarina (1518-1519) van Rafaël destilleert tot twee ongelijke borsten, een rode mond en een groot geel oog. De digitale projecties scheppen wel een duidelijk beeld van hoe de kunstenaar de traditionele schildermethoden in vraag stelde. Hij streefde ernaar om zijn onderwerpen te vereenvoudigen tot universele tekens. BAM neemt je bij de hand en leert je die tekens te lezen.

Zelf bezoeken?

Hoe lang doe je er over?
90 -120 minuten
Expert level
Beginners | Gevorderden | Crazy pro
Meer weten

In het depot van Museum Boijmans van Beuningen in Rotterdam kun je sinds kort Peinture-Poème (1927) van Joan Miró bewonderen. Blijkbaar stond dit schilderij al meer dan vijftig jaar op het verlanglijstje van het museum. Dedication. 

De tentoonstelling ‘Joan Miró: de essentie van voorbije en aanwezige dingen’ is nog te zien t/m 8 januari 2023 in BAM, Mons.

Meer informatie