In 1848 componeert Richard Wagner het iconische Bruidskoor voor zijn opera Lohengrin. Vandaag de dag klinkt deze op talloze bruiloften, precies op het moment dat bruiden hun eerste stappen richting het altaar zetten. Het is dan ook geen toeval dat dit nummer door de speakers klinkt in het Fries Museum, waar de tentoonstelling Ja, ik wil! in het teken staat van bruidsjurken. In zes thematische zalen neemt de tentoonstelling je mee op een reis door 250 jaar bruidsmode in Nederland. Onderweg zie je een bijzondere selectie historische en hedendaagse jurken: van kleurrijke exemplaren uit de negentiende eeuw, tot een DIY-japon van parachutestof, en van een betaalbare trouwjurk van Zeeman tot haute couture van toonaangevende ontwerpers zoals Iris van Herpen en Tess van Zalinge. Elk stuk vertelt een uniek verhaal. De reis begint indrukwekkend met de fonkelende, met Swarovski-kristallen bezette trouwjurk van Nikkie Tutorials, ontworpen door Viktor & Rolf en door de beauty queen gedragen in 2022. De tentoonstelling bouwt chronologisch op naar een hoogtepunt: de Valentino-jurk van koningin Máxima, gedragen tijdens haar huwelijk in 2002. Naast het bewonderen van jurken is er ook een kijkje in de keuken van ontwerper Claes Iversen. In een nagebouwd atelier kun je stoffen voelen en leren hoe een haute couture trouwjurk tot stand komt.
GO | NO GO #392: Wie is de vrouw achter de jurk?
Gaan of niet gaan: dat bepaal je zelf. Wij geven je – met een kritische blik – tips voor tentoonstellingen. Onze redacteur Roísín Douglas bezocht de tentoonstelling ‘Ja, ik wil!’ in het Fries Museum in Leeuwarden.
De tentoonstelling geeft niet alleen een overzicht van de mode en tradities rond trouwjurken, maar schetst ook een beeld van de veranderende positie van vrouwen door de tijd heen. Alle tekstbordjes zijn vormgegeven als trouwboekjes, wat de presentatie een intieme en persoonlijke touch geeft. Op de linkerpagina lees je over de historische context: welke mode was gangbaar, en wat vertelt dit over de sociale klasse van de drager? De rechterpagina vertelt de verhalen van het bruidspaar, vaak geïllustreerd met een portret van hun grote dag. Wie is de bruid, met wie trouwt ze en hoe verloopt haar leven? Dankzij deze persoonlijke verhalen krijgen zo’n zestig jurken een gezicht en komen hun draagsters tot leven.
De tentoonstelling begint verrassend: we komen erachter dat trouwjurken in de periode 1780-1890 allesbehalve wit, maar juist kleurrijk waren. Zo draagt de wethoudersdochter Jacoba de la Lande Cremer uit Bolsward in 1873 een blauw-met-crème gestreepte jurk met een tournure (een kussentje dat het zitvlak verhoogt) en verfijnde draperieën. Haar schoonfamilie krijgt volgens de overlevering bijna een hartverzakking als ze in deze eigenzinnige creatie voor het altaar verschijnt. Een ander opvallend voorbeeld is de statige zwarte japon van Friese boerin Dettje Winkler, gedragen in 1862. Deze japon heeft gedrapeerde mouwen, afgezet met paars kantwerk. Bruidsjurken waren destijds duurzaam en multifunctioneel gemaakt, zodat de jurk op andere gelegenheden gedragen kon worden. Een ander creatief voorbeeld is de jurk van Grietje Buist, die in 1947 trouwde in een eigen creatie. Ze recyclede een zwarte wollen jurk van haar oma, versierde deze met stukjes biljartlaken en gebruikte draden uit oude truien. Ook niet onbelangrijk om te benoemen: Grietje zette zich in voor vrouwenrechten, waarbij ze zich hard maakte voor anticonceptie en abortus. De meest kwetsbare jurken in de tentoonstelling worden in cirkelvormige, gouden pods gepresenteerd. Een mooi detail: op het plafond van elke pod staan de trouwdatum en namen van het bruidspaar, waarbij de naam van de vrouw altijd als eerste genoemd wordt.
Naast de overdaad aan al deze prachtige bruidsjurken, zijn het juist de verhalen van vrouwen die tradities doorbreken en bijdragen aan maatschappelijke verandering die de tentoonstelling zo bijzonder maken. Denk aan ziekenverzorger Grietje Postma, die na haar trouwen twaalf jaar thuis bleef om voor de kinderen te zorgen. Daarna draaide ze met haar echtgenoot Marten van Veen de rollen om: Marten werd huisman en Grietje de kostwinner, een rolverdeling die in de jaren 1980 niet vanzelfsprekend was. Of aan Hélène Faasen en AnneMarie Thus, het eerste vrouwenpaar ter wereld dat in 2001 in Amsterdam in het huwelijk trad. Door verhalen als deze is de tentoonstelling niet alleen een ode aan 250 jaar trouwjurken, maar ook aan de vrouwen die ze droegen en een stukje geschiedenis schreven. Dus, is trouwen niet je ding? Geen zorgen. De tentoonstelling is geschikt voor iedereen: alle ooit-geweest bruiden, aanstaande bruiden en nooit-bruiden. Twijfel je nog? Zoek dan de met de turquoise fluweel beklede ringdoosjes in de tentoonstelling, waarin je een QR-code vindt. Hiermee krijg je toegang tot een online quiz waarin vragen worden gesteld als: ‘Ga jij voor het prinsessengevoel?’ en ‘Ben jij ook emotioneel op bruiloften?’. Het resultaat onthult welke jurk bij jouw stijl past. Door de opzet krijg ik een flashback naar mijn tienertijd, toen ik wegzonk in tienertijdschrift Girlz! (2002-2021) om antwoorden te krijgen op de grote vragen in het leven. Deze luchtige benadering is slechts een kleine (niet helemaal geslaagde) onderbreking van de inspirerende verhalen van alle bruiden in de tentoonstelling.
Zelf bezoeken?
Krijg je na het bewonderen van al die schitterende jurken zin om er zelf één te passen? Modemuze maakt dit mogelijk met het project ‘Unlocking Fashion Heritage’. Dankzij een reizende digitale passpiegel worden vijf museale jurken uit de tentoonstelling – kwetsbare en kostbare kledingstukken, die normaal te fragiel zijn om permanent te tonen – digitaal toegankelijk gemaakt voor iedereen. Modemuze.nl is een inspirerend netwerk en online platform van twintig Nederlandse en Vlaamse musea. Samen zetten zij zich in om historisch en ambachtelijk mode-erfgoed op creatieve manieren tot leven te brengen, met een breed publiek te delen en kennis uit te wisselen.
coverbeeld: Zeeman, 2016, privécollectie. Foto: Foto Formation.