Een simpel wit T-shirt met bloedvlekken ligt netjes opgevouwen in een vitrine in een verder donkere tentoonstellingszaal van Foam. Het is het shirt van de vader van Kosay, een elfjarige jongen die in 2002 om het leven werd gebracht door een Israëlische sluipschutter. Hij overleed in de armen van zijn vader. Kosay was het neefje en leeftijdsgenoot van de Palestijns-Nederlandse fotojournalist Sakir Khader (1990). Als kind van Palestijnse ouders groeide Khader op in Vlaardingen. De zomers bracht hij door bij zijn grootouders in de Westelijke Jordaanoever. Het bebloede kledingstuk symboliseert de beweegredenen van Khader om de dagelijkse strijd van de Palestijnse bevolking met zijn camera vast te leggen.
GO | NO GO #399: Een getuigenis van martelaren en achterblijvers
Gaan of niet gaan: dat bepaal je zelf. Wij geven je – met een kritische blik – tips voor tentoonstellingen. Onze (nieuwe!) redacteur Sanne de Rooij bezocht ‘Yawm al-Firak – يَوْم الْفِرَاق’, de solotentoonstelling van Sakir Khader in Foam in Amsterdam.

Na zijn werk als verslaggever en onderzoeksjournalist, richtte Khader als autodidacte fotograaf en filmregisseur zich volledig op het documenteren van het leven in conflictgebieden. In 2024 ontving hij de Zilveren Camera, de belangrijkste fotoprijs van Nederland, voor een serie over de bezette gebieden in de Westelijke Jordaanoever vóór de gebeurtenissen van 7 oktober 2023. Ook sloot hij zich als eerste Palestijnse fotograaf aan bij Magnum, een van de meest prestigieuze onafhankelijke fotoagentschappen ter wereld. Nu is Khaders eerste museale solotentoonstelling Yawm al-Firak te zien in het Amsterdamse fotografiemuseum Foam. Door zijn werk ontmoet je zeven jonge Palestijnen uit Jenin en Nablus die zijn gedood door aanvallen van de Israëlische bezettingsmacht, en hun rouwende moeders. Yawm al-Firak is meer dan alleen een rauwe documentatie van een conflict. Het is een diep persoonlijke getuigenis van iemand die zelf onlosmakelijk verbonden is met de gemeenschap die hij vastlegt.


De tentoonstelling – verdeeld over drie ruimtes – opent met foto’s die Khader van de Palestijnse jongens maakte in alledaagse situaties, kort voor hun overlijden. Het zijn tieners, misschien jonge twintigers. Ze kijken serieus en verlegen, soms uitdagend in Khaders camera. In de tweede zaal zien we de zeven jongens opnieuw; ze zijn gewond, gedood en gruwelijk verminkt. Tegenover de gehavende gezichten van de levenloze jongens hangen portretten van hun rouwende moeders, die Khader fotografeerde in het vluchtelingenkamp waar zij achterbleven. Zo legde hij een moeder vast die het lichaam van haar gedode zoon opwacht om hem nog één keer vast te kunnen houden. De achtergrond toont een door gevechtsrook gevulde lucht van het conflict dat voortduurt. We zien ook rouwende vaders en broers een graf delven om waardig van hun dierbare afscheid te kunnen nemen. In de beelden in de aangrenzende ruimte houden moeders elkaar troostend vast, overspoeld door verdriet. Ook interviewde Khader de vrouwen aan de hand van Yawm al-Firak (Dag van het Afscheid), een eeuwenoud Arabisch gedicht over plotseling verlies. Op camera vertellen ze hoe zij de Dag van het Afscheid van hun eigen kind hebben ervaren, en delen ze persoonlijke boodschappen aan hun overleden zonen. De kracht van Khaders werk schuilt in deze intieme, vertrouwelijke momenten. Hij spreekt de taal, hij kent de regio, hij begrijpt de cultuur. De geportretteerden vertrouwen hem. Zijn diep persoonlijke betrokkenheid is voelbaar in elk beeld.


In de veertigtal vrijwel uitsluitend zwart-witfoto’s en enkele filmfragmenten herinnert Khader ons herhaaldelijk aan de rauwe, schrijnende actualiteit: nog geen twee weken voor de opening van de tentoonstelling werden twee van de zeven geportretteerde moeders ontvoerd. Hun verblijfplaats en toestand zijn onbekend. Dat Khader en zijn collega’s zelf óók groot risico lopen met hun werk in het oorlogsgebied, maakt hij duidelijk met zijn kaffan. Dit islamitische lijkgewaad draagt de fotojournalist altijd bij zich voor het geval hij omkomt tijdens zijn werk in oorlogsgebied. In zwarte viltstift schrijft hij alle namen van zijn vermoorde collega’s op het witte doek. Op 6 februari – de dag van de tentoonstellingsopening – is de laatste naam toegevoegd. Onderaan Khaders kaffan is nog ruimte vrij voor de journalisten die in de toekomst onvermijdelijk zullen volgen.
Zelf bezoeken?
Afgelopen zomer werd Sakir Khader ook geïnterviewd door voormalig Midden-Oostencorrespondent en schrijver Joris Luyendijk in Zomergasten. Aanvankelijk twijfelde de VPRO-redactie of de toen 33-jarige fotojournalist niet te jong was als Zomergast, maar liet zich overtuigen na zijn reactie: ‘Ik weet niet of ik er over een paar jaar nog ben. Met het tempo waarmee mijn collega’s worden afgemaakt, is het geen garantie dat je me hier over tien jaar nog kunt hebben.’ Wegens beeldrechten is de aflevering niet terug te kijken. Het hele gesprek is nog wel als podcast te beluisteren.
coverbeeld: Sakir Khader , The mother of the martyrs Jenin Refugee camp, Palestine’, 2024 © Sakir Khader Magnum Photo