De Kunstmeisjes 13 augustus 2024

SPECIAL: Zes gratis kunstuitjes in Europa

Het leven is al duur genoeg – bezoek deze zomer daarom eens wat gratis kunst. Onze redactie neemt je mee langs zes plaatsen in Europa waar je zomaar tegen een meesterwerk aan kunt lopen.

De onwelriekende plannen van het nieuwe kabinet omvatten niet alleen het immigratiebeleid, maar ook kunst en cultuur. Concreet: ze willen de btw op toegangskaarten voor onder andere musea ophogen naar 21%, waardoor een cultureel uitje voor minder mensen financieel haalbaar wordt. En laten we eerlijk zijn: met een gemiddelde toegangsprijs van 8,30 euro per persoon (met uitschieters tot bijna 30 euro per persoon) is een museumbezoek in Nederland al niet goedkoop. Onze tip: schaf een Museumkaart aan of kijk of je in aanmerking komt voor een Stadspas in jouw gemeente.

Gelukkig is lang niet alle kunst weggelegd voor de (economische) elite. Er zijn namelijk heel veel kunstwerken in de openbare ruimte te vinden: standbeelden, fonteinen, installaties, muurschilderingen en zelfs hele collecties waar je zomaar binnen mag wandelen. Houd je ogen wijd open en je kunt ineens tegen een meesterwerk aan lopen zonder een cent betaald te hebben. Niet alleen in Nederland, maar in heel Europa. Onze redactie gidst je langs zes plekken die je niet mag missen tijdens je zomervakantie in binnen- of buitenland. 

église Louise Bourgeois, Bonnieux
église Louise Bourgeois, Bonnieux
église Louise Bourgeois, Bonnieux
église Louise Bourgeois, Bonnieux

Bonnieux

Renee Schuiten-Kniepstra: ‘Diep verborgen in het Zuid-Franse plaatsje Bonnieux ligt een prachtig zeventiende-eeuws Franciscaner kerkje. Het gebouw is al een tijd niet meer in gebruik als plek van aanbidding, in de religieuze zin van het woord dan. De kunstliefhebber vindt er namelijk nog steeds wat goddelijks: in dit kleine kerkje zijn enkele bijzondere werken van Louise Bourgeois te zien. De Franse kunstenaar is vooral bekend om haar gigantische sculpturen van spinnen die overal ter wereld voor musea en in beeldenparken prijken. Stuk voor stuk hommages aan haar moeder die tapijten restaureerde. De kunstwerken in Bonnieux zijn vele malen kleiner, maar niet minder bijzonder om te zien, vooral omdat veel bezoekers aan het oude kerkje ze er niet verwachten tegen te komen. De kerk – die inmiddels naar Bourgeois is vernoemd – herbergt maar liefst vijf werken van Bourgeois die ze speciaal voor deze plek maakte, waaronder een marmeren doopvont bestaande uit borsten, dat zelfs de meest overtuigde atheïst nog een kruisje doet slaan.’

Robert Jasper Grootveld, Drijvende tuinen, 1999, foto: Leon van Gooij

Amsterdam

Nathalie Maciesza: ‘De zomer in eigen stad doorbrengen haalt de ontdekker in je naar boven. Althans, zo ervaar ik dat. Waar ik gedurende de donkere wintermaanden dagelijks een vaste route afwerk (huis-kantoor-supermarkt-huis), smeken de lange zomerdagen om lome edoch verkennende wandelingen door alle stadsdelen van Amsterdam. Dit jaar laat ik me navigeren richting het Oostelijk Havengebied. Daar liggen vijf kunstwerken van provo-grootheid Robert Jasper Grootveld te anker. Eind jaren negentig bouwde Grootveld vijf vlotten, elk zo’n 200 vierkante meter, waarmee hij door de grachten van Amsterdam voer. Vervolgens beplantte hij ze met bloemen en allerlei groens, wat de biodiversiteit in de stad bevordert, de fijnstof uit de lucht filtert en het menselijk oog van moois voorziet. Aan de Panamakade ligt De Panama Tuin en aan de Douanesteiger in Entrepothaven vind je de andere vier watertuintjes: De Yuppie-management (haha!), De Oceaan, De Wilde Tuin en De Tuin van Tuinman. Een ommetje langs deze drijvende tuinen voelt steeds urgenter, want ze staan op inzakken: het piepschuim van sommige vlotten dreigt na al die jaren nu te vergaan en bij te dragen aan vervuiling door (micro)plasticsoep. Het is nu de vraag wat de Gemeente Amsterdam ermee gaat doen.’

Bernini, de Trevifontein, 1732-1762

Rome

Sofie Huvaere: ‘2020. Ik zal nooit de beelden vergeten die ik op het avondjournaal zag van een volledig leeg Piazza di Trevi in Rome. Net als vele andere landen nam Italië strenge maatregelen om de verspreiding van het coronavirus tegen te gaan. Geen hordes toeristen die samentroepten op het plein om een selfie te maken voor de gigantische, barokke fontein (22 meter breed en 26 meter hoog) tegen de achtergevel van Palazzo Poli. Bernini boetseerde een soort wilde Griekse poolparty met de zeegod Oceanus als ultieme gastheer. Twee prachtige, gevleugelde paarden trekken zijn schelpachtige koets voort. Het ene paard is rustig, het andere steigert: wanneer je ten strijde trekt, weet je niet of de zee kalm of stormachtig zal zijn. Het zit ‘m werkelijk in de details: het grillige van de schelpen, de manen en vleugels van de paarden, de sixpack van de zeegod …  Een van de paardenmenners toetert op een schelp en er is zelfs verfijnd koraal uit de zware stenen gekapt. Ik kan niet wachten tot ik, net als vele andere mensen, opnieuw voor de fontein sta en er – inmiddels simultaan met honderden anderen – een muntje in kan werpen.’

Can Togay en Gyula Pauer, 'Schoenen op de Donaukade', 2005

Boedapest

Hanna de Vos: ‘Dit is het soort openbare kunst waar je even stil van wordt. Op de oever van de rivier Donau in Boedapest staan zestig paar metalen schoenen verspreid over een breedte van veertig meter. Het tafereel heeft iets sereens: alsof men op een zonnige dag massaal heeft besloten hun nette schoenen even uit te trekken om te pootjebaden in de rivier. Maar eigenlijk moet je dit kunstwerk bekijken op een bewolkte, sombere dag. Dit zijn namelijk de schoenen van 3500 Hongaarse slachtoffers die tussen 1944 en ’45 werden gefusilleerd aan de rand van de Donau. Hun schoenen moesten ze hier, op de oever, achterlaten – die waren namelijk geld waard. Filmregisseur Can Togay en beeldhouwer Gyula Pauer richtten in 2005 dit monument voor ze op. Sindsdien wachten de schoenen op de Donaukade op hun eigenaren, die nooit meer de rivier uit zullen komen.’

Magdalena Abakanowicz, 'Bois le Duc', 1970-1971

Den Bosch

Laura Korvinus: ‘Het openbaar toegankelijke Provinciehuis Noord-Brabant in Den Bosch huist een bijzondere kunstcollectie. De architect van het gebouw, Huig Maaskant, vond dat kunst en architectuur samen een geheel moeten vormen. Daarom werd besloten om een collectie op te bouwen waarin de nadruk lag op textielkunst, om zo te contrasteren met de betonnen architectuur. Het resultaat is een verzameling gigantische en mouth dropping werken van Grote Namen uit de textielkunst, zoals Sheila Hicks en Claudy Jongstra. Mijn absolute hoogtepunt is Bois le Duc, gemaakt door de Poolse kunstenaar Magdalena Abakanowicz, dat zich meters hoog en breed uitstrekt. De installatie bestaat uit bruin-zwarte wandtapijten die als eeuwenoude boomstammen omhoog rijzen tot aan het dak van de vergaderzaal. Met hun gerimpelde en harige oppervlak en kieren als littekens zweven ze ergens tussen boom en mens. Als mythische poortwachters van een betoverd woud.’

Mike Tonkin en Anna Liu, The Singing Ringing Tree, 2006

Burnley

Mirjam Kooiman: ‘Al genoeg steden bezocht en brak van biertjes drinken in Liverpool of Manchester? Reis dan even af naar het nabijgelegen Burnley, om tot rust te komen bij The Singing Ringing Tree. Deze metershoge sculptuur tekent zich al van verre af aan de horizon. Ondanks de naam van dit kunstwerk, neemt deze sculptuur in mijn ogen meer de vorm aan van een wervelwind. En in zekere zin ís het ook precies dat. Stalen buizen stapelen zich op in een trechtervorm met een hoogte van zo’n drie meter. Elke laag verschilt 15 graden van de volgende om te reageren op de veranderende windrichtingen. Wanneer de wind door de pijpen van verschillende lengtes in verschillende lagen blaast, worden verschillende akkoorden gevormd. Elke keer dat je onder deze boom zit, hoor je een ander lied. Kunstenaars Mike Tonkin en Anna Liu hebben daarmee de wind een stem gegeven – eentje die niet giert en suist, maar zingt.’

Wist je dat je in Engeland ook heel veel musea gratis kunt bezoeken? Bekijk eens deze uitgebreide lijst. Take notes, Nederland