Birgit Van Beek 11 januari 2021

Highlight #26: Poëtische pin-up

Sommige kunstwerken en kunstenaars kunnen niet genoeg aandacht krijgen als je het ons vraagt! In onze rubriek ‘Highlights’ nemen onze redacteuren jullie daarom mee naar een van hun favorieten. Deze keer bekijk je samen met Birgit een kunsthistorische nudie. 

In mijn vroege tienerjaren liep ik voor het eerst tegen een werk van Marlene Dumas aan; het hing in het trapgat bij een schoolvriendinnetje thuis. Best een confrontatie, dat werk was namelijk Dorothy D-lite (1998) onderdeel van de serie MD-light waarin Dumas momenten uit het leven van Amsterdamse prostituees heeft vereeuwigd. Een naakte vrouw kijkt je aan terwijl ze voorovergebogen haar genitaliën aan je presenteert. Het baarde me een beetje zorgen toendertijd,  dat ik door dit beeld zo gefascineerd was. De houding van ‘Dorothy’ zou niet misstaan op de pagina’s van de Playboy. Tegenwoordig kom ik zonder gêne voor mijn liefde voor dit werk uit, én heb ik bij mezelf kunnen onderzoeken hoe deze wordt geprikkeld. Ik bewonder vooral hoe dit werkt balanceert op het randje tussen vulgariteit en kunst. Vanaf dit randje schopt Dumas tegen de mores van de ‘hoge’ kunsten aan. 

Marlene Dumas, 'Dorothy D-lite', 1998. Beeld: Museum de Pont.

Het is niet de naaktheid die dit schilderij zo opvallend maakt. Naakt in de schilderkunst is zo oud als het medium zelf. De niet-zo-preutse Grieken en hun goden plaveiden hiervoor de weg. De mythen werden naar hartelust met behulp van naakte figuren in de schilderkunst weergegeven. Lange tijd werd naakt alleen geaccepteerd wanneer het een heroïsch naakt betrof óf wanneer deze een symbolische of moraliserende boodschap op haar blote schouders droeg. Het schilderen van naakt puur en alleen uit interesse het menselijk lichaam werd niet gewaardeerd. 

Dit veranderde in de 19e eeuw: dagelijkse taferelen werden verkend als onderwerp voor de kunst, inclusief het ‘naakt-zijn’ van de gewone mens. Niet langer was een op een chaise longue uitgespreide wulpse dame per definitie een weergave van Venus. Deze houding wordt door verschillende kunstenaars, zoals Jean-Auguste-Dominique Ingres en Édouard Manet, gebruikt om haremdames of prostituees af te beelden. Gustave Courbet schilderde zelfs een vrouwelijk model die met haar benen wijd gespreid haar genitaliën toont (waarbij gezegd moet worden dat Courbet dit werk in zijn leven nooit aan publiek heeft durven tonen). 

Artemisia Gentileschi, 'Susanna en de oudsten', 1610, Schloss Weißenstein.
Gustave Courbet, 'L’Origine du Monde', 1866, Musée d'Orsay.
Artemisia Gentileschi, 'Susanna en de oudsten', 1610, Schloss Weißenstein.
Gustave Courbet, 'L’Origine du Monde', 1866, Musée d'Orsay.

Anywho, aan schilderijen met naakt dus geen gebrek. Van mij zou je een schouderklopje krijgen als je een vaste collectie van een museum kunt vinden waar geen naakt in te vinden is. Maar wat maakt Dorothy D-lite anders? Deze dame is geen mythische figuur, geen herinnering aan de deugden van kuisheid en ook geen vrouw die in haar alledaagse bezigheden naakt wordt weergegeven. ‘Dorothy’ kijkt je aan en daagt je uit, zoals actrices en modellen in pornovideo’s en -blaadjes dat ook doen. En zoals de vrouwen op de Wallen dat doen vanachter hun raam. Je bent je ervan bewust dat ze haar lichaam zo manoeuvreert dat het seksueel aanlokkelijk oogt voor eventuele klanten. 

Prostitutie in de kunst is geen noviteit, zoals blijkt uit het werk van onder andere Courbet en Ingres, maar Dumas weet zich van hen te onderscheiden. Dorothy D-lite is een voorbeeld van de strijd die Dumas voelt tussen pornografie en erotiek. Zoals ze dit zelf omschrijft in Sweet Nothings: ‘At the moment my art is situated between the pornographic tendency to reveal everything and the erotic inclination to hide what it’s all about’. (‘Op dit moment bevindt mijn kunst zich tussen de pornografische drang om alles te tonen en de erotische neiging om te verhullen waar het allemaal om draait.’) Dorothy D-lite behoort eigenlijk tot een heel nieuw genre van erotische én pornografische schilderkunst, waarin Dumas ook haar afkeer tegen sexiness in kunst onthult.

Tentoonstellingsoverzicht: Marlene Dumas, 'Name No Names' (23 februari 2002 t/m 2 juni 2002), The New Museum of Contemporary Art, New York

De pose van ‘Dorothy’ is onmiskenbaar pornografisch, maar de manier waarop Dumas haar heeft geschilderd, de keuzes in materiaal, vorm en compositie, hangen naar de erotisch tendens van less is more. Allereerst is ‘Dorothy’ in dit schilderij uit haar gebruikelijke omgeving op de Wallen gehaald. Ze is niet meer zo overduidelijk een hoer die haar lichaam op straat probeert te verkopen. Daarnaast is het werk uitgevoerd in inkt en acrylverf op papier, maar lijkt het op een waterverfschilderij in doorzichtig grijze tinten. De vrouw als seksobject wordt door Dumas veranderd in een beeld van erotische esthetiek, zowel door de schilderachtige kwaliteit als door de verhulling van expliciete details. Alleen de lijn tussen haar benen en de details van haar gezicht zijn donkerder dan de rest. De geaccentueerde, abstracte, verticale lijn tussen haar benen verwijdert het verder van het pornografische. De vulva heeft Dumas zelfs aangezet met een streep gouden verf. Het is overduidelijk geen echte vulva, die van mij heeft in ieder geval en helaas geen randje van goud, maar het lichaamsdeel wordt wel gevierd.

Marlene Dumas, 'Sweet Nothings; Notes and Texts', 1982-2014. Beeld: D.A.P. / Walther Konig Verlag.

Als beeldend kunstenaar heeft Marlene Dumas inmiddels flink naam gemaakt, maar ze drukt zich ook graag uit in woorden. Er is zelfs een hele dichtbundel, Sweet Nothings, gevuld met haar teksten. Ook in haar gedichten zoekt Dumas het evenwicht tussen pornografie en erotiek. Zo past het gedicht Pin-up prachtig bij het beeld van Dorothy D-lite:

 

Pin-up

I always wanted a sailor.

So I could long for him

while he’s gone.

And be happy when he comes.

 

Soft-core yet tough.

Pink puff

hot stuff

she’s had enough.

 

With regret for the fact

that ‘sexy’ also implies something stupid

and the fine arts avoid that

in favour of the ‘erotic’.

I’ve always felt related to those places

where the pin-up feels at home.

And I thank all those nameless artists

who’ve given us the real pin-ups.  

 

Het gedicht begint met een versje over de schoonheid van een verlangen naar het onbereikbare. De tweede strofe heeft een staccato ritme, er wordt geen expliciete taal gebruikt, maar de woorden ‘softcore’, ‘pink puff’ en ‘hot stuff’ stralen seks uit. In de laatste strofe gaat het over de beeldvorming van seksualiteit in de huidige samenleving. Dumas geeft haar ongenoegen aan over hoe neerbuigend wordt neergekeken op sexiness. Ook interessant is haar veroordeling van de ‘fine arts’ waar zij als schilder deel van uitmaakt. Ze geeft echter aan dat ze zich niet thuis voelt bij de verbloeming van seksualiteit. Ze beschrijft makers van pin-upbeelden hier dan ook als kunstenaars, ook al vallen deze traditioneel gezien niet in deze categorie.

Door haar suggestieve woorden hult ze de “porno” in een mantel van poëtische taal, net zoals ze in Dorothy D-lite door abstractie en een blanco context het pornografische wat naar de achtergrond drijft. In het schilderij Dorothy D-lite en het gedicht Pin-up verbeeldt en verwoordt Marlene Dumas haar onbegrip voor de veroordeling in de kunstwereld van seksualiteit tot lagere cultuur. In seksualiteit ziet zij juist poëzie.

Birgits Highlight Dorothy D-lite van Marlene Dumas is onderdeel van de collectie van Museum de Pont.