Hanna de Vos 15 november 2019

GO | NO GO #216: Suriname aan de grachten

Gaan of niet gaan: dat bepaal je zelf. Wij geven je – met een kritische blik – tips voor tentoonstellingen. Deze keer gingen we naar Museum van Loon voor de tentoonstelling ‘Aan de Surinaamse grachten’.

We hebben vroeger op school allemaal wel geleerd over de Gouden Eeuw en what a great time to be alive dat wel niet moet zijn geweest. Toegegeven, wij zouden onze linkerarm geven om kunstenaars als Rembrandt en Frans Hals in levende lijve te mogen ontmoeten, maar tegenwoordig blinkt het goud van de Gouden Eeuw ons toch wat minder fel tegemoet. Het luxeleventje dat een deel van de Nederlanders in de zeventiende eeuw en de eeuwen daarna kon leven, werd namelijk veelal gefinancierd door uitbuiting en slavernij. Dit donkere deel van het verleden zien we nog steeds terug in onze musea; zo bezit het Tropenmuseum bijvoorbeeld een aanzienlijk aantal voorwerpen dat op dubieuze wijze is ‘geleend’ van de oorspronkelijke eigenaar, en hangt er menig kolonialist met bloed aan zijn handen aan de wanden van het Rijksmuseum. Gelukkig hebben deze en andere musea de laatste jaren steeds meer oog voor de minder rooskleurige, meer genuanceerde versie van onze nationale geschiedenis. Zo ook Museum van Loon; in Aan de Surinaamse grachten neemt ze haar eigen geschiedenis eens kritisch onder de loep.

Museum Van Loon, via houseoflords.nl

Met deze tentoonstelling begint het museum aan een nieuwe koers; eentje waarin niet alleen meer aandacht zal zijn voor de rijke, witte, Europese stemmen van weleer, maar, in de woorden van het museum zelf, voor een ‘meerstemmig geluid’. Broodnodig, want er zitten nogal wat pijnlijke randjes aan de geschiedenis van de familie Van Loon, in wiens woonhuis het museum is gevestigd. In hun familiewapen bijvoorbeeld komen twee zwarte hoofden voor; ooit toegevoegd om te laten zien hoe lekker ‘werelds’ de familie destijds was, nu een pijnlijke verwijzing naar hun koloniale verleden. Jan van Loon was in de achttiende eeuw onder andere directeur van de Sociëteit van Suriname, een vereniging die het bewind voerde in de Surinaamse kolonie, en zijn zoon Willem zou later veel investeren in de plantages waarop slavenarbeid werd verricht. In Aan de Surinaamse grachten worden nu alle kaarten op tafel gelegd. Binnen acht verhaallijnen leren we over de geschiedenis van de familie Van Loon, de slavernij en Suriname.

Benoit, 'Prent met marrons', 1839. Privé collectie

De tentoonstelling bevindt zich in het koetshuis, achterin de tuin. Om er te komen, wandel je dus eerst door het museum, langs weelderig ingerichte salons vol dure schilderijen, chique meubels en blinkend servies. Eenmaal in de tentoonstelling kom je al gauw een achttiende-eeuws familieportret van de Van Loontjes tegen, en het is niet moeilijk om je voor te stellen hoe zij ooit door het immense grachtenpand hebben gewandeld. Daar zitten ze dan, in hun dure, felgekleurde jurken en jassen, met witte pruiken op hun hoofd, omringd door tekenen van rijkdom. In het eerste deel van de tentoonstelling krijgen we vooral te maken met de Amsterdamse kant van het verhaal. Niet alleen de handelaren en regenten komen aan bod, maar ook de consumenten. De cacao en suiker die in Suriname onder gevaarlijke omstandigheden werd geproduceerd, was in Nederland immers the latest fad. We zien verschillende voorwerpen waarmee mensen hun luxeleven uitgebreid konden tentoonstellen; kitscherig porselein bijvoorbeeld, of zilveren ‘kastanjevazen’ waaruit gesuikerde ananas gegeten werd. Op feesten werden soms hele bouwwerken van suiker gepresenteerd – het soort voedselverspilling waarmee je tegenwoordig menig milieubewuste vriend zou verliezen. Verderop verplaatst de tentoonstelling zich naar Suriname. In een lage vitrine ligt een rond, smeedijzeren voorwerp; een slavenboei, bedoeld om als straf rond iemands hals te plaatsen of om slaafgemaakten mee te vervoeren. Een ets van John Gabriel Stedman toont hoe een zwarte vrouw bruut wordt afgestraft. De inventaris van plantage Beekvliet somt de slaafgemaakten op tussen al het andere bezit, net als het vee en de werktuigen. Het contrast met de welvaart van zoëven kan niet groter zijn. Wat dat betreft is een museum als het Van Loon de ideale locatie voor deze tentoonstelling; het decadente museuminterieur aan de overkant van de tuin is het ultieme voorbeeld van de consumer culture die de slavernij in stand hield.

Huwelijksfoto van het echtpaar Dirk Andreas Ralf en Hendrina Heirath, 1894. Privé verzameling

Eén van de meest bijzondere objecten binnen de tentoonstelling is misschien wel de huwelijksfoto van Dirk Andreas Ralf en Hendrina Heirath uit 1894. De foto zelf is al half vergaan; van Hendrina is alleen haar gezicht nog te ontwaren, bij Dirk zien we zijn nette pak en zijn enorme snor. De twee ontmoetten elkaar op plantage Bleyendael, waar ze beiden in slavernij leefden tot aan de emancipatie. In 1894, 29 jaar na de afschaffing van de slavernij, waren ze eindelijk free to get hitched. Hun foto vond zijn weg naar de tentoonstelling na een oproep van Museum van Loon. Met alleen objecten uit de Van Loon-archieven kun je natuurlijk moeilijk een goede tentoonstelling over slavernij neerzetten; het museum was dan ook naarstig op zoek naar mensen, verhalen en objecten die de Surinaamse kant van het verhaal in the spotlight konden zetten. In de tentoonstelling ontmoeten we het nageslacht van de acht hoofdrolspelers binnen Aan de Surinaamse grachten; nazaten van slaafgemaakten én van de mensen die, direct of indirect, slaven van hen maakten. In een video aan het einde van de tentoonstelling gaan ze het gesprek met elkaar aan. Ze praten over hun afkomst en hun erfgoed, maar ook over het heden. De effecten van het kolonialisme eindigden immers niet stipt op 1 juli 1863 toen de slavernij in Suriname werd afgeschaft. Ook de bezoeker mag deelnemen aan de dialoog. Op een opinion wall worden vragen gesteld als ‘wat is gedeelde geschiedenis volgens jou?’, maar mogen we ook aangeven over welke verhalen in de tentoonstelling we nog meer willen weten. Ons maakt het vooral nieuwsgierig naar de manier waarop Museum van Loon haar koerswijziging door zal zetten, ook nadat Aan de Surinaamse grachten weer uit het koetshuis is verdwenen. Deze tentoonstelling is in ieder geval een goede start.

Zelf bezoeken?

Hoe lang doe je er over?
45 minuten
Expert level
Beginners | Gevorderden | Crazy pro
Meer weten

Museum van Loon is niet alleen in haar aandacht voor Suriname. In de Nieuwe Kerk, ook in Amsterdam, is tot en met 2 februari De Grote Suriname Tentoonstelling te zien. In meer dan driehonderd objecten, verhalen en kunstwerken wordt de geschiedenis van Suriname uitgebreid tot leven gebracht.

De tentoonstelling ‘Aan de Surinaamse grachten: Van Loon & Suriname (1728 - 1863)’ is nog tot en met 13 januari te zien in Museum van Loon.

Meer informatie