Monique Rodriguez 29 september 2020

GO | NO GO #270: Bruno Taut gaf de wereld kleur

Gaan of niet gaan: dat bepaal je zelf. Wij geven je – met een kritische blik – tips voor tentoonstellingen. Afgelopen week bezochten we Museum Het Schip, waar op dit moment de tentoonstelling ‘Bruno Taut: de fantasie voorbij’ te zien is.

Wie wel eens in de winter Berlijn heeft bezocht, weet dat er een behoorlijke grauwe sluier over de Duitse hoofdstad kan hangen. De grijze lucht, ijzige kou en Oost-Duitse architectuur lijken de metropool te ontdoen van haar kleur, op een aantal woonwijken na. Aan het begin van de twintigste eeuw bouwde architect en stedenbouwkundige Bruno Taut (1880-1938) er namelijk felgekleurde arbeiders- en stadswijken, zoals onder andere Gartenstadt Falkenberg. In totaal construeerde hij tienduizend gekleurde huizen in sprankelend groen, geel, blauw en rood. Het wooncomfort van arbeiders en hun gezinnen was daarbij een van zijn belangrijkste drijfveren. Taut werd wereldberoemd met deze vernieuwende arbeiderswijken in Berlijn; vier van deze wijken zijn sinds 2008 zelfs UNESCO Werelderfgoed. In Nederland groeide Tauts bekendheid door de Regenboogbuurt in Almere, een openlijk eerbetoon aan de kleurrijke architect. Anderzijds voelde Taut ook een speciale band met Nederland. Zo was hij een groot bewonderaar van zowel De Stijl als de Amsterdamse School, vooral van Michel de Klerk, de architect van en zo is de cirkel weer rond Museum Het Schip, waar nu een expositie over Taut te zien is. 

Bruno Taut, 'Paul Heyse Straße, Berlijn', 2005, foto: Brenne Architekten
Bruno Taut, 'Gartenstadt Falkenberg', 2005, foto: Brenne Architekten
Bruno Taut, 'Paul Heyse Straße, Berlijn', 2005, foto: Brenne Architekten
Bruno Taut, 'Gartenstadt Falkenberg', 2005, foto: Brenne Architekten

Bruno Taut was een alleskunner. Naast architect en stedenbouwkundige was hij ook een idealist pur sang, die ervan overtuigd was dat mooie architectuur mensen zou verbinden en de wereld beter zou maken. Verwacht in deze tentoonstelling naast maquettes, foto’s, bouwtekeningen en gebruiksvoorwerpen ook een sterke focus op de ideeën van Taut, wat hij wilde en zijn inspiratiebronnen. Voor Taut ging architectuur niet over vier muren en een dak, maar over de manier waarop mensen samenleven. Zo speelde de natuur een grote rol in zijn werk. Door de industrialisatie werden steden steeds groter, grauwer en viezer; om die leefomgeving te verbeteren stelde Taut in zijn ontwerpen de kleur groen centraal en liet hij grote tuinen en parken aanleggen. Maar ook andere culturen inspireerden hem in zijn zoektocht naar betere samenlevingsvormen. In de hoop universele principes in architectuur en stedenbouw te vinden, verzamelde hij foto’s van bouwwerken over de hele wereld. Zo kwam hij tot het fenomeen van de stadskroon. Hij ontdekte dat in alle culturen gebouwen werden geplaatst die boven de stad uittorenen, als een soort kroon op de stad. Vaak waren dat religieuze gebouwen zoals kerken en tempels. Dit universele principe wilde Taut ook in nieuwe steden toepassen, maar dan zonder religieuze functie. Hij bedacht kristallen torens in het midden van steden, bijzondere bouwwerken waar je heen kon gaan voor een spirituele ervaring. Zijn diepe interesse voor andere culturen kon Taut nog verder in praktijk brengen toen hij de laatste jaren van zijn leven als politiek vluchteling voor het nazisme in Japan en Turkije doorbracht. In 1938 overleed hij op 58-jarige leeftijd in ballingschap. Maar niet voordat hij op zijn beurt zelf een inspiratiebron was geworden voor velen, door zijn werk en maatschappelijke engagement.

Bruno Taut, 'Glashaus', foto: Marburg
'Portret Bruno Taut', Magdeburg 1923
Bruno Taut, 'Glashaus', foto: Marburg
'Portret Bruno Taut', Magdeburg 1923

Bruno Tauts werken komen in de tentoonstelling echt tot leven door de verschillende maquettes. Extra bijzonder zijn modellen voor twee gebouwen die inmiddels niet meer overeind staan. Een van die gebouwen is zijn belangrijkste en meest geroemde vroege ontwerp: het Glashuis, een tijdelijk paviljoen dat in 1914 werd gebouwd voor een gerenommeerde bouwtentoonstelling in Keulen. Met dit gebouw onderzocht Taut niet alleen de mogelijkheden van glasbouw en lichtinval, maar maakte hij ook een politiek statement. ‘Das bunte Glas zerstört den Hass’ (‘Het gekleurde glas vernietigt de haat’) stond op de gevel, terwijl Europa aan de rand van de Eerste Wereldoorlog stond. Een andere interessante maquette is die van het Monument van IJzer, dat hij in 1918 bouwde voor een architectuurtentoonstelling in Leipzig. Het gebouw was geconstrueerd uit staal, een nogal ongebruikelijk materiaal om een heel gebouw uit op te trekken. Hij bouwde het werk dan ook in opdracht van een staalfabrikant die staal wilde promoten als bouwmateriaal. Ondanks dat we het nu moeten doen met de miniatuurversie, zie je op een ansichtkaart waarop mensen het gebouw binnenlopen dat het een enorm groot en indrukwekkend gebouw moet zijn geweest; architecten van over de hele wereld reisden voor deze tentoonstelling af naar Duitsland. Maar niet alleen zijn werk komt tot leven in deze expositie, zo ook de nalatenschap van Taut. In een video wordt een recent interview met de nu wereldberoemde architect Kengo Kuma getoond. Taut ontwierp tijdens zijn verblijf in Japan gebruiksvoorwerpen van natuurlijke materialen. Deze zijn nog steeds een groot voorbeeld voor de huidige generatie Japanse toparchitecten. Zo beschouwt de Japanse Kuma, die in Tokio het stadion bouwt voor de Olympische Spelen van 2021, hem als zijn grote rolmodel. 

Bruno Taut, 'Publicatie Alpine Architektur 03', 1919

We nemen even een stapje terug in de tijd. Zoals eerder gezegd was Bruno Taut een idealist. Dat is mede te verklaren door de tijd waarin hij leefde; het einde van de Eerste Wereldoorlog was het begin van een nieuwe politieke situatie in Europa. Duitsland verloor de oorlog en werd door het vertrek van de keizer een republiek. Als gevolg hiervan stond een groep idealisten op die ervan overtuigd was dat grootschalige verandering mogelijk was en dat het volk meer politieke invloed zou moeten krijgen. Bruno Taut was een van deze idealisten; de mogelijkheid tot grootschalige verandering zag hij ook voor architectuur. Hij maakte werk op basis van verschillende utopische ideeën, waarvan hij geloofde dat ze werkelijkheid konden worden. Zo had hij wilde plannen om in de Alpen bouwwerken van gekleurd glas op te trekken, zodat er een fascinerend schouwspel van licht en kleur zou ontstaan. Maar ondanks zijn geloof in de realisatie hiervan, bleek de praktijk weerbarstiger. Dit hield Taut echter niet tegen om groot te blijven denken en dromen. Hij richtte een soort genootschap op waarin architecten onder een pseudoniem konden sparren en corresponderen over hun extravagante bouwfantasieën en ideeën. Niets was te gek. In Museum Het Schip is een hele wand vrijgemaakt voor de tekeningen van deze fantasiegebouwen. Ik werd als een kind zo blij van deze droompaleizen getekend door volwassen mannen in een ver verleden. Ik verliet de tentoonstelling dan ook op wolkjes, waarbij de woorden van een andere wereldberoemde dromenbouwer door mijn gedachten echoden: If you can dream it, you can do it!

Zelf bezoeken?

Hoe lang doe je er over?
60 minuten
Expert level
Beginners | Gevorderden | Crazy pro
Meer weten

Vind jij het corona-technisch nog niet zo verantwoord om je huis te verlaten? Niet getreurd, want de tentoonstelling ‘Bruno Taut: de fantasie voorbij’ is ook vanuit je luie stoel te bezoeken! Je kunt namelijk een exclusieve privérondleiding boeken via Whatsapp, Facetime of Skype met een van de gidsen van het museum.

De tentoonstelling ‘Bruno Taut: de fantasie voorbij’ is nog t/m 17 januari 2021 te zien in Amsterdamse School Museum Het Schip.

Meer informatie