Kunst met een grote K wordt alleen door Kunstenaars met een grote K gemaakt, toch? Dat idee is nog een overblijfsel van de negentiende-eeuwse obsessie met het ‘genie’, een (altijd mannelijke) kunstenaar die eenzaam in zijn atelier zit te werken. Maar al eeuwen bestaat er ook zoiets als collectieve kunst. Hier geldt: more is more. Niet het individu, maar het collectief staat centraal. Of beter gezegd: het kunstwerk staat centraal. Hierbij wordt regelmatig gewerkt met goedkope materialen en toegankelijke technieken om het proces zo democratisch mogelijk te maken. Ook het niveau van de individuele makers is niet altijd even belangrijk: de grootste waarde van het werk zit in de optelsom van handen, verhalen, gesprekken en kennis.
SPECIAL: Vele handen maken licht werk
Typerend voor kunstcollectieven is dat ze vaak maatschappelijke kwesties aan de kaak stellen. Misschien wel het beroemdste collectief wordt gevormd door de Guerilla Girls. Maar welke kunstcollectieven zijn er nog meer? Onze redacteur Birgit van Beek zocht het uit, en stuitte in haar zoektocht meteen op een eeuwenoud kunstwerk dat geen kunstwerk genoemd wordt.

Tapijt van Bayeux
Het elfde-eeuwse Tapijt van Bayeux is geen echt tapijt, maar een linnen doek met daarop in woldraad geborduurde scènes. Over de volledige lengte van 70 is de Slag om Hastings verbeeld. Op elke centimeter is dezelfde ‘bayeauxsteek’ gebruikt en met dezelfde materialen en kleuren gewerkt. Het werk heeft daardoor een heel duidelijke signature style, maar kan door het gigantische formaat met geen mogelijkheid door één persoon zijn gemaakt. De onbetrouwbare roddel dat het door Koningin Matilda en haar hofdames is geborduurd, laait nog weleens op, maar veel waarschijnlijk is dat het door anglo-saksische borduursters is gemaakt. Opmerkelijk is dat er weinig tot geen informatie te vinden is over de makers, zelfs niet op de officiële site van het Bayeux Museum. En een kunstwerk wordt het nooit genoemd, alleen ‘een borduurwerk’. Wel zijn er hele lappen tekst te vinden over het gevecht dat erop wordt afgebeeld…

Crochet Coral Reef
Het ‘Crochet Coral Reef’-project werd gestart door de zussen Christine en Margaret Wertheim als niet-oplossingsgericht antwoord op de klimaatcrisis. Specifieker: als reactie op de miserabele staat van de koraalriffen. De titel verklaart het basisprincipe: er wordt koraal gehaakt. En niet alleen door de twee zussen: wereldwijd haken tienduizenden mensen mee aan zogenoemde ‘satellite reefs’. Juist deze collectiviteit is de mindset die ze willen uitdragen: door samenwerking kunnen we grote impact maken. Het project is ook een ode aan moeite. Er zijn hier geen shortcuts: iedere steek zet je op dezelfde manier, of je nu ervaren bent of een beginner, en dat kost tijd. Het haakwerk zal de problemen van de wereld niet oplossen, maar het project genereert wel de nodige aandacht.


Honderdduizend bomen en een bos van draad
In Nederland zette textielkunstenaar Sara Vrugt het project ‘Honderdduizend bomen en een bos van draad’ op dat overeenkomsten toont met ‘Crochet Coral Reef’. Op een semitransparante stof van 100 vierkante meter vroeg Vrugt geïnteresseerden om mee te borduren aan een ‘bos van draad’. Gedurende één jaar lag het doek ieder seizoen in een andere Nederlandse stad. Deelnemers borduurden de blaadjes, takken en wortels van de bomen en de vogels die in het bos leven, terwijl de kunstenaar een gesprek initieerde over het bos. Deze verhalen kregen een plek in het geborduurde wortelnetwerk; net als de wortels van echte bomen krijgen de wortels van draad zo een communicatieve kracht. Meer dan 1000 mensen hebben meegeborduurd, enthousiastelingen die op het project af kwamen maar ook toevallige bezoekers die soms nog nooit een borduursteek hadden gezet. In 2025 wordt het doek in de tuin van Museum Belvédère geplaatst, waar de stof langzaam zal vergaan terwijl de ingenaaide zaadjes uitgroeien tot een daadwerkelijk bos.

Long Distance Exquisite Corpse
De makers van Long Distance Exquisite Corpse deden dertig keer langer over een werk dat tien keer zo klein is als Sara Vrugts bos van draad. Maar dit werk legde wel veel meer kilometers af: het ging van 1976 tot 2005 de hele wereld over. Kunstenaar Ted Joans vouwde een stuk papier in een waaier bestaande uit 132 gelijke delen. Hij vroeg telkens een andere kunstenaar om een tekening te maken op een deel, zonder te zien wat op de voorgaande vellen was getekend. Een bekende werkwijze van de surrealisten om toeval een rol te geven in een kunstwerk. Op zo’n ‘cadavre exquis’ krijgt de maker als enige leidraad de omvang van het papier en de uiteinden van de lijnen op het vorige stuk. Door vanuit deze lijnen verder te tekenen, ontstaat een gehee. Als een soort lichaam, van kop tot staart. De kunstenaars hebben de opdracht van Joans nog wat vrijer opgevat: op de strook verschijnen niet alleen delen van een heel lang lichaam, maar ook abstracte tekeningen en zelfs gedichten. Een perfect imperfecte visualisatie van de internationale groep kunstenaars die Joans bij elkaar wist te brengen.