Loren Snel 21 mei 2024

SPECIAL: Vijf tatoeages die de hedendaagse kunstwereld op zijn kop zetten

Zijn tattoos kunst? Onze redacteur Loren Snel gidst je – in haar allereerste stuk voor De Kunstmeisjes! –  langs vijf tatoeages die de kunstwereld op z’n kop hebben gezet.

Kunnen tatoeages kunst zijn? En tattoo artists kunstenaars? Kenners in de kunst beantwoorden die vragen steeds vaker met ‘ja’. En dat is opvallend, want lang werd deze eeuwenoude vorm van lichaamsmodificatie beschouwd als hooguit een ambacht, niet een kunstvorm om tentoon te stellen. Tot laat in de twintigste eeuw werden tatoeages vooral in verband gebracht met tegencultuur, criminaliteit en sociaaleconomische achterstand. Die stereotyperingen hebben inmiddels het veld moeten ruimen. Tattoos zijn mainstream geworden, en die emancipatie zien we terug in hun toenemende aanwezigheid in galeries, musea en op biënnales. Zo kon je in 2016 een door een kunstenaar ontworpen tatoeage laten zetten in de Gagosian Gallery LA. En onlangs moest Christie’s nog een veiling annuleren van de getatoeëerde huid van een levende performancekunstenaar, omdat alle tatoeages van te voren waren opgekocht door een verzamelaar.

Franziska Pietsch, 'Wolfgang Flatz at the Pinakothek der Moderne in Munich' © Franziska Pietsch/Pinakothek der Moderne

Dat de tattoo een trage opmars kende binnen de hedendaagse kunst, had met meer te maken dan een schurend imago. Ook het complexe karakter van het visuele medium bezorgde de kunstwereld koppijn, zo legt Matt Lodder uit. Deze professor in de kunsttheorie en -geschiedenis was in 2010 de eerste die tatoeage analyseerde als artistieke praktijk. Tatoeage, legt Lodder uit, valt vaak in het gat tussen statische beeldende kunst, zoals schilderijen, en de tijdgebonden praktijk van performance. Hoe stel je tatoeage tentoon? Wat is het kunstwerk? Het ritueel van het zetten, of het werk zelf? En wie is de auteur, de drager die het ontwerp voordraagt of de artiest die het op de huid zet? Tatoeage daagt de hedendaagse kunstwereld uit. Het schopt stennis in ons op traditie gestoeld denken over tentoonstellen en verkopen, en dit heeft nieuwe generaties kunstenaars weer aangetrokken en geïnspireerd. Onze redacteur Loren Snel gidst je langs vijf tatoeages die de kunstwereld op z’n kop hebben gezet. 

Kate Moss’ tattoo gemaakt door Lucian Freud.
Lucian Freud, 'Naked Portrait', 2002
Kate Moss’ tattoo gemaakt door Lucian Freud.
Lucian Freud, 'Naked Portrait', 2002

De Freudiaanse ‘tramp stamp’ 

Het tij keerde voor de tattoo in 2012. Toen trok supermodel Kate Moss haar shirt omhoog om een Vanity Fair-journalist iets te laten zien: twee vogeltjes vlak boven haar billen. De echte onthulling was dat deze waren gezet door niemand minder dan schilder Lucian Freud (1922-2011). Moss zei dat de kunstenaar aangeboden had haar te tatoeëren in de periode dat hij een naaktportret van haar maakte toen ze zwanger was, een doek dat voor bijna 5 miljoen dollar werd geveild. Tatoeëren had Freud al in de vingers op zijn negentiende, toen hij als matroos vriendschappen sloot door collega’s tatoeages aan te bieden van dierenfiguren. Moss wilde, decennia later, ook een dier uitkiezen, het liefst een vogel, maar Freuds voorstel van een kip met een emmer op zijn hoofd sloeg ze af. ‘Ik vraag me af hoeveel een verzamelaar hiervoor zou betalen,’ zei Moss, ‘een paar miljoen? Ik zou de huid kunnen laten transplanteren.’ De kunstwereld sidderde van opwinding. Als Freuds schilderijen voor miljoenen werden geveild, zou Moss’ huid dan niet ook heel wat waard moeten zijn? De positieve ontvangst van de Moss-Freud-tattoo geeft blijk van hoe de kunstwereld tatoeages toch vooral als kunst zal erkennen wanneer ze voldoen aan hun traditionele richtlijnen. Bijvoorbeeld dat het is gemaakt door een Kunstenaar met een hoofdletter K. Zo merkt ook Duke Riley dat zijn groeiende succes als beeldend kunstenaar zijn reputatie als tattoo artist ten goede komt.

De tatoeage op de rug van Sandra Minchin-Delohery. Foto: Joe Armao
Jan Davidsz de Heem, 'Vaas met bloemen', via Mauritshuis, Den Haag

Tatoeage is voor eeuwig, het leven niet

Normen, waarden en je eigen sterfelijkheid uitdagen door een schilderij op je rug te laten zetten, durf jij het? Alexandra Ann Minchin Delohery liet in 2011 gedurende een aantal performances Vaas met bloemen zetten, een werk van de Nederlandse kunstenaar Jan Davidsz de Heem uit 1670. Ars Longa, Vita Brevis heet het werk: ‘kunst is voor eeuwig, het leven duurt kort’. De weelderige bloemen zijn in volle glorie bevroren in de tijd. Op hun bladen zie je de rupsen al lopen, een aankondiging van de rot die zal inzetten. Door dit klassieke schilderij tot tatoeage te maken, bevraagt Minchin Delohery wanneer iets ‘hoge’ of ‘lage’ kunst is. Minchin Delohery kwam op dit idee nadat ze operaties had moeten ondergaan door toedoen van kanker. Hierna kon ze geen kinderen meer krijgen. Haar vader, die rond die tijd overleed, had zich voor zijn dood zorgen gemaakt over wat hij de wereld naliet. Zo begon Minchin Delohery na te denken over haar nalatenschap, als mens en als kunstenaar. Tatoeage bood soelaas. Met het werk raakt ze aan thema’s als sterfelijkheid, en pijn als ritueel en weg naar heling. In plaats van de pijn van een bevalling, ervaarde ze die van het laten zetten van een kunstwerk. Met die performance creëerde ze haar nalatenschap. Een stukje van haar dat na haar dood voort blijft bestaan.

Santiago Sierra, 'Line Tattooed on 4 People', 2000. Credit: Tate Modern, Londen

Over de rug van de ander

Een tattoo laten zetten is naast pijnlijk ook permanent. Met dit gegeven ging Santiago Sierra (1966) aan de haal in 160 cm Line Tattooed on 4 People. Dit werk werd in 2002 voor publiek uitgevoerd in een galerie in Salamanca. Op de zwart-witvideo-opname, zie je vier vrouwen zitten, hun ontblote ruggen naar het publiek toe. Dan schuift een figuur voor de camera, hij heeft iets in zijn hand, iets langs. Hij neemt een stap in de richting van de vrouwen. Het lange ding blijkt een meetlint. Een tweede man verschijnt. Samen meten de mannen een lijn van één meter zestig af, horizontaal over de ruggen van de vrouwen. Een vijfde vrouw, aangekleed, gaat hierna met een tattoonaald aan de slag om de lijn permanent te maken. De vier vrouwen zijn verslaafde sekswerkers. Ze laten de lijn tatoeëren voor de prijs van een shot heroïne. Ze zijn hier uit vrije wil. Maar hoe vrij is de wil van een verslaafde? Sierra maakte vergelijkbare werken, die steeds draaiden om het omkopen en tatoeëren van mensen in sociaaleconomisch precaire situaties. Hij zette tatoeages niet omdat ze mooi zijn, maar gebruikte naald en inkt om te markeren, groeperen, pijnigen en zelfs te vernederen. De verbindende lijnen op de ruggen van de sekswerkers doen denken aan nummertatoeages van gevangenen. Ze markeren de vrouwen voor altijd met het leven dat ze hebben geleid. Sierra is aangesproken op de uitbuiting in zijn werk. Zelf zei hij dat niet zijn werk het probleem was, maar het feit dat het zo makkelijk gemaakt kon worden. Dit roept de vraag op of en wanneer een kunstenaar moraliteit op mag offeren voor een kunstwerk.

De tijdelijks tatoeage van een deelnemer van Tania Bruguera’s UNNAMED, foto: Zan Wimberley
De tijdelijks tatoeage van een deelnemer van Tania Bruguera’s UNNAMED, foto: Zan Wimberley
De tijdelijks tatoeage van een deelnemer van Tania Bruguera’s UNNAMED, foto: Zan Wimberley
De tijdelijks tatoeage van een deelnemer van Tania Bruguera’s UNNAMED, foto: Zan Wimberley

751 namen

Tania Bruguera (1968) had activistische bedoelingen met haar werk UNNAMED. Tijdens de performance op de Sydney Biënnale van 2020 mochten bezoekers een briefje uit een bak met 751 namen trekken. Vervolgens zette tattoo-kunstenaar Lu deze naam op hun lichaam met een bamboestokjes-techniek. De inkt was niet permanent, de tatoeages zouden achteraf langzaam verdwijnen. Maar terwijl de namen gezet werden, spraken de deelnemende bezoekers met Lu over de persoon achter de naam. De 751 mensen zijn overleden. Omgebracht in hun strijd voor klimaatrechtvaardigheid. Het zetten van de naam, met alle pijn die daarbij kwam kijken, werd hiermee een herinneringsritueel. Bruguera wilde het publiek middels tatoeage laten stilstaan bij de hoge tol die we als mensheid betalen voor het beschermen van onze aarde.

Andrew Raine met zijn tattoo door Doreen Garner bij “Invisible Man Tattoo”

Tatoeëren om te representeren

Ook kunstenaar Doreen Lynette Garner (1986) – tevens bekend onder de artiestennaam King Cobra – wilde het onzichtbare zichtbaar maken met haar werk Invisible Man Tattoo. In hun geval de zichtbaarheid en erkenning van Zwarte cultuur in Amerika. Ze transformeerde een galerie in New York tot tattoostudio. Klanten konden kiezen uit een aantal ontwerpen, waaronder een portret van Martin Luther King, katoenbloemen en een zwarte panterkop. Klanten die zich identificeerden als Zwart of van kleur konden de tattoo kosteloos laten zetten. De titel van Garners kunstwerk is een verwijzing naar de debuutroman van Ralph Ellison (1913-1994) uit 1952. Hierin ontdekt een Zwarte man hoe belangrijk het is om jezelf te kunnen definiëren, vooral in een wereld die je niet ziet staan, in zijn geval de Verenigde Staten van de jaren 50. Via het performancewerk wil Garner de canon aan tatoeage-ontwerpen aanvullen met Zwarte visuele cultuur. Ook met hun eigen aanwezigheid in de tattoowereld, als Zwarte (tattoo-)kunstenaar in nog altijd door witte mannen gedomineerde industrieën, wil Garner verandering in gang zetten. Voor hen zijn tatoeëren en tatoeage niet slechts een medium of middel tot, maar doelen op zich.